phone icon 088 - 708 3370 Login medewerkers

Volaire plaatletsel

Aandoening

Wat is een volaire plaatletsel?
Alle vingers behalve de duim hebben 3 gewrichten. Het middelste gewricht heet het PIP gewricht. Dit gewricht is stabiel door banden aan de zijkant (collaterale ligamenten) en door de volaire plaat. De volaire plaat is een dikke bindweefselstructuur aan de handpalm kant van het gewricht dat overstrekking van de vinger voorkomt. Bij overstrekking van een vinger kan deze plaat in- of afscheuren: een volaire plaatletsel.  


Wat is de oorzaak van een volaire plaat letsel?
Als een vinger achterover slaat, doordat deze bijvoorbeeld ergens achter blijft hangen of er een bal hard tegenaan komt, overstrekt het PIP gewricht of gaat zelfs uit de kom.  Dan scheurt de volaire plaat. Hierbij wordt soms een hoekje bot meegetrokken. Naast de volaire plaat kunnen de banden aan de zijkant van de vinger hierbij ook (in)scheuren.

Klachten en Symptomen
 

Welke klachten en symptomen heeft iemand met een volaire plaatletsel ?
Een overstrekte vinger is vaak pijnlijk en dik. Daarnaast is de vinger soms blauw door een bloeduitstorting aan de binnenkant. Door de zwelling kan de beweging beperkt zijn en kan er tinteling in de vingers ontstaan.

Diagnose en onderzoek
 

Hoe en door wie wordt de diagnose gesteld?
Het stellen van de diagnose wordt vaak op de spoedeisende hulp gedaan. Het is belangrijk om een vinger die uit de kom is redelijk snel weer recht te zetten. Soms wordt hiermee gewacht tot er röntgenfoto’s zijn gemaakt. Na het recht zetten worden deze foto’s herhaald om de stand te beoordelen en wordt de vinger beoordeeld op stabiliteit van de banden. Met gips of een spalkje komt u vervolgens bij de orthopedisch handchirurg om samen een verder beleid te maken.
 

Welke onderzoeken worden gedaan?
Er wordt een röntgenfoto van de vinger  gemaakt om te kijken of er een stukje bot is meegescheurd met de volaire plaat en of de stand van het PIP-gewricht goed is. De volaire plaat en de banden van de vinger zijn niet op een röntgenfoto te zien.

Behandeling

Niet-operatieve (conservatieve) behandeling

De meeste volaire plaatletsels kunnen uitstekend conservatief behandeld worden. Afhankelijk van de stabiliteit van de andere banden gebeurt dit met tape, een bandje (buddy splint) of een strekbeperkende spalk (extension block). Bij een buddy splint wordt de geblesseerde vinger aan de gezonde buurvinger gezet, zodat ze samen goed kunnen bewegen. Een extension block zorgt ervoor dat de vinger wel volledig kan buigen, maar niet kan overstrekken, om de volaire plaat en de banden aan de zijkant te beschermen.

Het is erg belangrijk om de vinger en de rest van de hand goed te blijven bewegen om stijfheid te voorkomen. In het algemeen wordt geadviseerd om de splint of spalk vier weken continue te gebruiken en dan af te bouwen.

De  behandeling gebeurt het liefst onder begeleiding van een handtherapeut volgens een vast plan. Deze kan u goed adviseren ten aanzien van het bewegen van de hand en begeleiden bij het afbouwen van het beschermende hulpmiddel.

Operatieve behandeling

Een kleine groep mensen houdt na een volaire plaat letsel klachten. De vinger kan dan te ver achterover buigen doordat de volaire plaat niet goed is genezen. Dan is een operatie een goede optie.

Voor de operatie
De te opereren vinger wordt meestal verdoofd met locale verdoving of een regionaal pijnblok (Bierse blok). Bij deze laatste techniek krijgt u vlak voor de operatie de verdovende vloeistof toegediend via een infuusnaald in uw arm. De verdoving verspreidt zich door uw gehele arm, maar niet verder. Dit komt doordat de bloedvoorziening van de arm tijdelijk wordt afgesloten door een speciale opgeblazen band rond de arm. 

Tijdens de operatie
De vinger wordt met een sneetje aan de handpalm kant open gemaakt. Vervolgens wordt de volaire plaat strakker gemaakt of opnieuw vastgezet op het bot. Hierbij wordt dan een klein botanker gebruikt waaraan hechtingen zitten.

Hechtingen
De wond worden gehecht met gewone hechtingen die na tien dagen worden verwijderd op de polikliniek

Na de operatie
Een operatie aan de volaire plaat gebeurt in dagbehandeling.

Complicaties

Ondanks alle zorg die aan de operatie besteed wordt, kunnen er soms complicaties optreden. De meest voorkomende complicaties zijn:

  • Een nabloeding
  • Een infectie van de wond. Antibiotica wordt voorgeschreven afhankelijk van de ernst van de infectie. In sommige gevallen wordt de wond gespoeld.
  • Schade door de operatie aan structuren rond het PIP gewricht, zoals pezen, zenuwen of bloedvaten. Dit is echter zeer zeldzaam.
  • De vinger kan stijver worden. Hiervoor krijgt u uitgebreide handtherapie.

Contact opnemen

Neem contact op met uw orthopedisch chirurg indien:

  • Er sprake is van een bloeding die niet stopt nadat u er 10 minuten tegenaan hebt gedrukt;
  • U heftige pijn hebt die niet goed reageert op de pijnmedicatie;
  • Er een infectie ontstaat van de wond die zich uit in roodheid, zwelling, pijn en eventueel pus;
  • Er een abnormale zwelling of koorts ontstaat;
  • Het gevoel en de beweeglijkheid in uw vingers, arm en schouder na 24 uur nog niet volledig terug is. De pijnblokkade die u gekregen hebt duurt maximaal 24 uur. Daarna moet alles weer normaal functioneren.


U kunt hiervoor tijdens kantooruren bellen met het secretariaat van OCON, telefoonnummer: 088 708 3370. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de verpleegafdeling van OCON, telefoonnummer: 088 708 5560.  

Nabehandeling

Instructies na een operatieve behandeling


Drukverband
Na een operatieve behandeling krijgt u een drukverband. Dit blijft zitten tot het eerste bezoek aan de handtherapeut. 

Brace
Nadat het drukverband verwijderd is krijgt u een spalkje. In deze periode wordt gestart met handtherapie volgens een vast protocol.  De spalk wordt na 4 weken afgebouwd. De revalidatie duurt gemiddeld 3-4 maanden. 

  • Houd uw arm, zolang deze tijdens het naar beneden hangen nog dik wordt, zoveel mogelijk hoog. Doe dit met behulp van bijvoorbeeld kussens en/of een sling. Dit voorkomt extra stuwing, pijn en versnelt de genezing.
  • U mag de arm/hand gewoon gebruiken bij lichte activiteiten, zoals bestek gebruiken, schrijven, aankleden en uitkleden.

 

Oefeningen
Hier vindt u een aantal oefeningen voor de gewrichten die niet in het verband zitten. Doe deze 3 keer per dag, 5-10 keer per keer tenzij u iets anders verteld is in het ziekenhuis. Gebruik hierbij geen kracht, maar probeer wel een zo groot mogelijke beweging te maken. Als de beweging sopeel gaat, kunt u het aantal geleidelijk afbouwen. Klik hier voor het instructieformulier.